Odin NL/FR

In Odin probeer je zo snel mogelijk je hand leeg te spelen door al je Vikingen de wereld in te sturen.

Het spel bestaat uit meerdere speelbeurten (handen), waarbij elke hand uit één of meer rondes bestaat. Het kaartspel bevat kaarten in zes kleuren, elk genummerd van 1 tot 9. Elke speler begint met negen kaarten.

De startspeler van de hand speelt één kaart open op tafel. De volgende speler past (maar mag later alsnog meespelen) of speelt hetzelfde aantal kaarten (of één meer) met een hogere waarde. Wanneer je twee of meer kaarten speelt, moeten deze hetzelfde getal of dezelfde kleur hebben. De waarde van deze kaarten wordt bepaald door hun cijfers in volgorde van hoog naar laag achter elkaar te plaatsen. Bijvoorbeeld: een blauwe 3 en blauwe 6 samen vormen de waarde 63, niet 36.

Als je speelt en je bent niet de startspeler, moet je één van de kaarten van de vorige beurt in je hand nemen, en de rest afleggen.

Het spel gaat door totdat een speler al zijn kaarten kwijt is (de ronde eindigt direct) of totdat alle spelers na elkaar passen. In dat geval worden de laatst gespeelde kaarten afgelegd, en de speler die deze speelde begint een nieuwe ronde door één kaart te leggen.

Alternatief mag de startspeler in één keer alle kaarten van dezelfde kleur of hetzelfde getal spelen om de hand te beëindigen. Zodra een hand eindigt, krijgt elke speler 1 strafpunt per overgebleven kaart in zijn hand.

Als niemand minstens 15 strafpunten heeft, wordt het deck opnieuw geschud en begint een nieuwe hand. Zodra een speler 15 of meer punten heeft, eindigt het spel en wint de speler met de minste punten.